Halt im Gedächtnis Jesum Christ         BWV 67

Twee cantates voor de eerste zondag na Pasen



De zondag na Pasen in het jaar 1724. Bach's eerste jaar als Thomaskantor te Leipzig. De Johannes Passion is aan de wereld prijsgegeven en Bach heeft vervolgens voor de paasdagen bewerkingen van eerdere cantates gemaakt. Maar nu, voor de zondag na pasen, produceert hij toch weer een geheel nieuw werk, BWV 67. Zonder twijfel onder hoge tijdsdruk gecomponeerd en toch is het een cantate die hoog aangeschreven staat. Alfred Dürr, doorgaans nogal terughoudend in zijn loftuitingen, beschouwd deze als één van de ‘großartigsten und originellsten Kantaten’.

 

Bach wil in deze cantate de twijfel en de verwarring schilderen die bij Christus' discipelen ontstaan is. Hun hoop verdwijnt na zijn onverwachte dood aan het kruis. En natuurlijk past hier dan een groot gebaar. Zeker gezien de alleszins gerechtvaardigde twijfels die met name de ongelovige Thomas op dit moment heeft; er moet een Paramount-achtig vergezicht geschilderd worden en dat gebeurt dan ook vrijwel direct als daar een schuifhoorn wordt ingezet temidden van een grootschalig koor dat de wederopstanding van Christus bejubelt. Gaandeweg wordt dan in deze cantate de tegenstelling tussen geloof en ongeloof verder gedramatiseerd. We horen het grote contrast tussen enerzijds de christenen, continu onder de aanval, en anderzijds de Verlosser in zijn onophoudelijke strijd voor hen. Pas in de gloedvolle en contrastrijke basaria met koor ontstaat een kantelpunt als Jezus zelf, middels de telkens herhaalde geruststellende woorden ‘Vrede zij met u’, de gelovigen bijstaat in hun hevige strijd.

 

 

In het openingskoor verwijst de tekst direct terug naar Pasen.

 

'Halt in Gedächtnis Jesum Christ, der auferstanden ist von den Toten'

 

De beide onderdelen van deze tekst hebben elk een eigen muzikaal thema. Het met veel nadruk en een wat vermanende ondertoon gezongen ‘Halt’ (houd vast!) en hierna volgend een melodie die met een opstijgende figuur het ‘Auferstehen’ verbeeldt terwijl we het koor -scanderend- horen met die andere betekenis van Halt; stop! Het is deze ambivalentie die we in deze cantate nog meer zullen horen.

 

Twijfel aan de verrijzenis horen we ook bij de tenor in zijn aria (2). De zekerheid van de opstanding is hoorbaar (loopje omhoog) maar ook het aarzelen om daar nu echt op te vertrouwen (zoekend, verschrikt motiefje). Opnieuw die tweeslachtigheid. En zelfs na het geruststellende koraal halverwege de cantate meldt ons de alt (5)

 

‘Jezus heeft mijn vijanden (dood, hel, satan) wel overwonnen maar mij intimideren ze nog steeds’.

 

Daarna richt ze in haar recitatief uiteindelijk onze blik op de ‘Friedefürst’. De Vredevorst die zich vervolgens (in 6) ook daadwerkelijk bij ons meldt met de groet

 

‘Friede sei mit euch’

 

waarmee hij zich al eerder na zijn verrijzenis aan de verzamelde apostelen deed kennen. En hier zijn we ongetwijfeld aangeland in het meest theatrale deel van de cantate. Het is een dialoog tussen bas en het koor maar tegen de achtergrond van strijkers die een felle veldslagmuziek brengen. Het is een verbeelding van de razernij die hier woedt, het is de strijd om de ziel van de gelovige. En dan, het lijkt nog het meest op een cinematografische ingreep, temidden van dit alles verschijnt boven dit tumult tot vier maal toe de stem van Christus. Een snelle beeldwisseling. De voortjagende vierkwartsmaat wijkt op die momenten voor een pastorale driekwartsmaat en woest naar boven schietende violen maken plaats voor de etherische klanken van de houtblazers. Als Christus dan voor de vierde keer verschijnt voegen de strijkers zich uiteindelijk bij de houtblazers. Twee tegengestelde gevoelens versmelten hier. Het visioen wordt werkelijkheid; hemel en aarde verenigen zich. En hierna is een eenvoudig koraalvers erg op z’n plaats.

 

 

BWV 67 is niet een cantate die direct aanspreekt, althans niet bij mij. Dat komt waarschijnlijk omdat de kennismaking via Leonhardt verloopt. Die valse start daar met die trompet, die iele, nietszeggende jongenskeeltjes. Later kunnen we dat weer enigszins vergeten als daar die helemaal niet onaardige tenor-aria weerklinkt en zeker als daar die filmmuziek losbreekt bij 'Friede sei mit euch'. 

 

Niet onaardige tenor-aria? Luister dan eens naar Peter Schreier in de Richter opname. Wat een stem, wat een drama. Dit moet toch wel de mooiste opname van deze cantate zijn. Werner kan daar -in al zijn nostalgische ouderwetsheid- niet tegenop. Gardiner dan, die biedt natuurlijk de meest tumultueuze strijd in dat voorlaatste deel, dankzij dat fabuleuze koor. Maar ik heb toch wel twijfels bij deze uitvoering. Die turbulentie daar in de strijkers is toch wel wat veel van het goede, de 'Christus' imponeert niet echt en de alt Daniel Taylor vind ik nogal vlak. 

 

Am Abend aber                         desselbigen Sabbats BWV 42


Maarten 't Hart is een gelukkig mens. Hij bezit de registratie van cantate 42 onder leiding van Herman Scherchen. Dankzij die opname leert hij het mooiste stuk instrumentale muziek kennen dat Bach gecomponeerd heeft: de Sinfonia waarmee 42 aanvangt. En hij schrijft er nogal enthousiast over.

 

Meestal blijkt deze Sinfonia, ofschoon Bach er een vredige avondstemming in wil oproepen, rampzalig snel gespeeld te worden. En over dat verpletterende middendeeltje dat begint met een melodie waar de hele negentiende eeuwse romantiek lijkt te worden aangekondigd, wordt rücksigtlos heen gewalst. Nee, dan Scherchen. Hij speelt die sinfonia alsof hij God hoort fluisteren: doe uw schoenen van uw voeten, want de plaats waarop ge staat is heilige grond. Maar hoe heilig de grond ook is die Scherchen betreedt, het blijft moeilijk te verwerken dat Bach in dit geval kennelijk het eerste deel van een al eerder ontstaan instrumentaal werk als openingssinfonia voor deze cantate gebruikt. En waarschijnlijk heeft hij het tweede deel van het concert omgewerkt tot de altaria die na sinfonia en recitatief opklinkt. 'Prachtig van stemming, zeer wijdingsvol' schrijft Vestdijk, maar hoe beeldschoon die twee rustig duetterende hobo's ook klinken, zodra de alt invalt wringt er iets. Je hoort dat Bach die altpartij er later bij heeft gecomponeerd. Het duet wat daarna volgt is gebaseerd op een koraaltekst maar het is een originele compositie die geen noemenswaardige connecties heeft met de melodie van het betreffende koraal. In de tweede aria is een sterk contrast aanwezig tussen die instrumentale tumultueuze motieven met die rustige vocale melodie, aldus wordt Jezus geportretteerd als een veilige haven bij vijandelijke aanvallen. Deze visie vindt zijn bevestiging in het feit dat de zangstem alleen bij het woord 'Verfolgung' overgaat in levendige coloraturen. 

Zal ik na 't Hart en Vestdijk mijn eigen mening over dit alles dan ook nog weergeven? Die sinfonia, vooral zoals gespeeld bij Harnoncourt, het is natuurlijk heerlijke muziek, maar het lijkt volkomen los te staan van wat daarna volgt. Is dat erg? Ach, je kunt het dan geen Gesamtkunstwerk meer noemen maar hoe erg is dat? De muziek blijft mooi. Zeker bij Harnoncourt waar die schitterende alt-aria gezongen wordt door Paul Eswood. En het duet heeft prachtige begeleidingsfiguren en de sopraan, een niet nader genoemde knapensolist van de Wiener Sängerknaben, is ook heel mooi. En het kan niet op bij Harnoncourt want ook de bas-aria wordt mooi gezongen. De Rilling versie is een stuk minder. De uitdaging is en blijft natuurlijk om die Scherchen-opname waar Maarten zo lyrisch over schrijft ergens op de kop te tikken. Misschien lukt dat op die reis naar Duitsland, samen met Pepijn ben ik daar in 2006, net voor de kerst. Jammer, in Berlijn zijn wel Scherchen cd’s te koop maar nee,  cantate 42 komt daar niet op voor. In 2007 komt Gardiner met zijn visie op deze cantate. Het is onvoorstelbaar maar die doet de sinfonia nog veel sneller dan alle anderen, bijna terloops speelt hij het. Ik wacht de recensie af die het blad 'Luister' hiervan zal geven en ik hoop dat Maarten dan als recensent gevraagd wordt. Ik neem aan dat hij het dan als 'rampzalig' zal betitelen. 

Opvallend is wat Gardiner vermeld in het begeleidend boekje. Het is erg verleidelijk (vele commentatoren doen dat) om aan Bach's keus voor een instrumentale ouverture een mooie theologische interpretatie mee te geven. Zo meent bijvoorbeeld Eric Chafe in deze muziek de verschijning van de herrezen Christus te zien, Jezus verschijnt hier temidden van zijn bezorgde discipelen. Maar in feite heeft Bach de muziek voor deze sinfonia gewoon opgediept uit een eerder geschreven serenade voor de verjaardag van Prins Leopold van Anhalt-Cöthen. Geen Christus, geen verschijning, deze muziek is simpelweg een eerbetoon aan die prins. Het is voor zijn verjaardag.

 

Hier zien we dus weer een voorbeeld van wereldse muziek die opnieuw wordt gebruikt in de kerk. En vervolgens kun je je afvragen hoe dat dan werkt bij Bach, heeft hij zo'n tweeledig gebruik al bij het componeren ingecalculeerd of is het een - niet minder indrukwekkend - inzicht in de geschiktheid tot hergebruik van eerder geschreven materiaal. Vist hij het stuk eenvoudig ergens uit een onderste la als de gedachte eraan door zijn brein flitst terwijl hij zich neerzet voor het componeren van een cantate? Kan het zo simpel zijn en tegelijkertijd zo geniaal? Hoe dan ook, het lijkt me duidelijk dat Bach bij het inpassen in een cantate ook de stemming, het tempo, zal aanpassen aan de rest van de muziek. Dit concert, dit eerbetoon aan de prins, kan zoals Scherchen aantoont ook heel erg langzaam gespeeld worden en wint daarmee juist aan zeggingskracht. Het is geen concert meer, het is een onderdeel van cantate 42 geworden. Dat kunnen we horen. Beluister de Sinfonia (link rechtsonder). Dat is de uitvoering van Herreweghe.

 

12 mei 2009 


BWV 42 VAN SCHERCHEN NU IN MIJN BEZIT! 

 

Voor het eerst heb ik nu een niet i-tunes product aangeschaft. Kopen via het web, ik vind het maar niets, maar na erg lang zoeken naar deze cd en vragen in de cd-shops zonder ook maar enig resultaat kom je dan toch in een stadium dat dit blijkbaar moet gebeuren. Vandaag is het zover! 

En ja hoor, betalen met een creditcard en vervolgens (downloaden moet nu beginnen) gebeurt er niets. Zie je wel, je moet niets kopen via het web, geld kwijt. Toch maar een mailtje naar de klantenservice van dit bedrijf en dan; 

Hi Johan, 


I'm not quite sure what went wrong, but here are the links. Let me know if any problems. Apologies for the delay. 

Mike M. 


Dank aan Mike M. Zijn er nog meer mensen die moeilijk verkrijgbare cd's via het web willen bestellen? Dit is de web-site 

baroque-music-club 


De Sinfonia van BWV 42 duurt bij Scherchen geen 6 minuten maar 9! Daarmee is het niet langer barokmuziek maar hoog-romantiek (en erg mooi!).
 

 

 

Op 9-feb-2010, om 13:31 heeft Peter Schmidt het volgende geschreven:

 

Beste Johan, 

Wees voorzichtig met de cd's van de Baroque Music Club. De gebezigde tempi corresponderen niet altijd met het origineel (de LP). Zij zetten de LP direct over op CD. Ook de trackindeling ontbreekt. Boekje ietwat amateuristisch.

 

Met vr. groet,

Peter Schmidt

 

 

Ik kan Peter alleen maar gelijk geven. Maar ik ben toch blij dat ik BWV 42 nu bezit.

 

 

 


Suspense recitatief

 

Wat een dramatische omslag na de openingsmuziek. Vreedzame klanken die dan wel heel abrupt overgaan in een onheilspellend recitatief.